Onze Oudste heeft een hekel aan knutselen en tekenen. Daar heeft hij al vanaf groep 1 last van en waarschijnlijk daarvoor al. Liever was hij bezig met taal en rekenen of keek hij filmpjes over natuurkunde en de vlaggen van de wereld.
Nou kan ik me voorstellen dat het leest als een non-probleem. Als een kind verder goed meekomt, is dat knutselen en spelen toch niet zo belangrijk?
Maar dat is het wel. Knutselen is bij uitstek het vak waarbij je leert plannen en organiseren. Als je eerst de vogel tekent en dan pas de boom, zie je de vogel niet meer. En als je eerst gaat plakken en dan gaat vouwen, zie je de versieringen niet meer.
Bovendien heeft Oudste in behoorlijke mate autisme, waardoor hij juist extra veel moeite heeft met dat plannen.
Knutselen zat er dus niet echt in maar op een dag bedacht ik: ‘Wacht eens, als je kookt doe je hetzelfde.’ Je moet je werk in een bepaalde volgorde doen, anders wordt je soep een bakje water en je stamppot een blokje steenkool.
Ik vroeg aan zijn begeleidster of ze af en toe met hem wilde koken. Eenvoudige dingen, zoals cupcakes, een 123 tomatensoep, een gebakken ei, wentelteefjes.
Ze hadden hier allebei lol in. Eerst het recept kiezen. Dan de ingrediënten zoeken of samen kopen in de Supermarkt aan de overkant. Daarna een plannetje maken: wat moeten we eigenlijk doen en wat gaan we eerst doen. En tenslotte: koken én opeten. De kooklessen zorgden er stiekem ook voor dat Oudste veel meer dingen durfde te proeven en, verrassing, het meeste was nog lekker ook.
Later leerde ik Karen kennen, die kooklessen aan allerlei kinderen geeft. ‘Haar’ kinderen leren plannen, proeven, voorzichtig zijn en lef hebben en bovenal leren ze echt leuke, spannende recepten koken met verse ingrediënten. En dat gewoon, heel toegankelijk, in een huiselijke setting waar iedereen zich op zijn of haar gemak voelt.
Het is dat mijn keuken zo mini-mini is en uitbreiden een ingreep vereist waar de bank minder blij van wordt dan ik, anders zou ik zo bij haar in de leer gaan om het ook te worden: kookjuf.
Recept voor 123 tomatensoep
- 500 ml. Passata – tomatensaus
- 500 ml. warm water waarin je alvast een bouillonblokje oplost
- een beetje olie
- een teentje knoflook
- paprikapoeder
- allesbinder (van Koopmans)
- een gesnipperde ui mag er ook bij – maar is bij ons geen favoriet
Hoe nu verder?
(O, als je uien in je soep wilt, is dit het moment om deze te snipperen tot zo klein mogelijke snippers).
- Doe olie in een flinke pan. Gebruik genoeg om de bodem met een dun laagje te bedekken.
- Zet de pan op middelhoog vuur.
- Pers de knoflook en doe die in de olie (en misschien die uien).
- Doe er twee theelepels paprikapoeder bij. Roer met je pollepel.
- Doe nu snel de passata in de pan voordat de knoflook bruin wordt. Pas op, kan spatten! En weer roeren.
- Giet nu rustig de bouillon bij de soep.
- Deksel erop en op een laag een minuut of tien laten pruttelen.
- Strooi er allesbinder in en roer het er snel doorheen met een garde.
- Nog even de soep aan de kook brengen zodat die wat dikker wordt.
- Klaar!
Serveren met crème fraîche, een scheutje slagroom, wat geraspte kaas of een strooiseltje Italiaanse kruiden. Of gewoon zo. Ook lekker.